Wanneer en hoe wordt een WGA-uitkering aan de werkgever toegerekend?


  • De WGA-uitkering wordt gedurende de eerste tien jaren aan de werkgever toegerekend. De loongerelateerde WGA-uitkering (die in de eerste drie tot 24 maanden wordt betaald) wordt helemaal aan de werkgever toegerekend. De WGA-loonaanvullingsuitkering of WGA-vervolguitkering (die daarna wordt betaald) wordt aan de werkgever toegerekend op basis van 70% van het minimumloon (minder als de werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is).
  • De toerekening van de WGA-uitkering aan de werkgever geschiedt op één van de volgende twee manieren. Als de werkgever eigenrisicodrager is, moet hij de WGA-uitkering zelf betalen. Dat risico is doorgaans verzekerd, maar de toekenning van een WGA-uitkering aan een (ex-) werknemer leidt bij wat grotere werkgevers op termijn vaak tot een verhoging van de premie. Als de werkgever geen eigenrisicodrager is, leidt de toekenning van een WGA-uitkering aan een (ex-) werknemer twee jaar later tot een verhoging van de gedifferentieerde WGA-premie die de werkgever aan het UWV moet betalen. De verhoging van de gedifferentieerde WGA-premie is erg duur. De premiestijging is doorgaans een heel stuk hoger dan het uitkeringsbedrag dat tot de verhoging aanleiding gaf.
  • Als een werkgever geen eigenrisicodrager is, hangt de mate waarin de WGA-uitkering de hoogte van de gedifferentieerde WGA-premie beïnvloedt af van de hoogte van de loonsom van de werkgever. Voor 2022 geldt daarbij het volgende.

kleine werkgevers
 middelgrote werkgevers
grote werkgevers
loonsom ≤ 25 x gemiddelde premieplichtige loon per werknemer loonsom tussen 25 en 100 x gemiddelde premieplichtige loon per werknemer loonsom > 100 x gemiddelde premieplichtige loon per werknemer
voor 2023 zou dat zijn: premieplichtige loonsom in 2021 ≤ €  902.500
voor 2023 zou dat zijn: premieplichtige loonsom in 2021 tussen  €  902.500 en €  3.620.000 voor 2023 zou dat zijn: premieplichtige loonsom in 2021 > €  3.620.000
gedifferentieerde WGA-premie wordt per sector vastgesteld gedifferentieerde WGA-premie wordt deels per sector vastgesteld en deels vastgesteld op basis van WGA-uitkeringen van (ex-) werknemers gedifferentieerde WGA-premie wordt volledig vastgesteld op basis van WGA-uitkeringen van (ex-) werknemers


Voor niet-eigenrisicodragers geldt dus het volgende:
  • Voor kleine werkgevers leidt de aan de (ex-)werknemer toegekende WGA-uitkering niet tot een verhoging van de gedifferentieerde WGA- premie.
  • Voor grote werkgevers leidt iedere WGA-uitkering van een (ex-) werknemer direct tot een (zeer) forse verhoging van de gedifferentieerde WGA-premie.
  • Voor middelgrote werkgevers leidt de toekenning van een WGA-uitkering aan een (ex-) werknemer voor een deel tot verhoging van de gedifferentieerde WGA-premie. Daarbij geldt: hoe dichter de loonsom van de werkgever de bovengrens met de grote werkgever nadert, hoe groter het deel van de gedifferentieerde WGA-premie dat wordt beïnvloed door de WGA-uitkering van de (ex-) werknemer.
Conclusie
Grote werkgevers hebben dus, of zij nu eigenrisicodrager zijn of niet, een groot financieel belang bij de toekenning van een WGA-uitkering aan een (ex-) werknemer. Het financiële belang van middelgrote werkgevers is afhankelijk van de hoogte van de loonsom (hoe hoger, hoe groter het belang). Kleine werkgevers hebben geen direct financieel belang bij de toekenning van een WGA-uitkering aan een (ex-) werknemer.

Wat kunt u doen om de financiële gevolgen van de toekenning van een WGA-uitkering aan een (ex-) werknemer te voorkomen?