Als een werknemer 104 weken ziek is en een WIA-uitkering aanvraagt,
beslist het UWV dat de werkgever het loon nog 52 weken langer moet
doorbetalen aan de zieke werknemer, omdat de werkgever te weinig
inspanningen heeft gedaan om de werknemer te re-integreren. Deze
loonsanctie wordt opgelegd omdat het UWV vindt dat de bedrijfsarts de
belastbare mogelijk-heden van de werknemer verkeerd in kaart heeft
gebracht, waardoor re-integratiekansen zijn gemist. De werkgever is het
met de loonsanctie niet eens. Hij stelt dat hij tot twee maal toe aan
het UWV een deskundigenoordeel heeft gevraagd, waarbij het UWV heeft
aangegeven dat voldoende re-integratie-inspanningen zijn verricht.
De werkgever vindt voor deze klacht in bezwaar geen gehoor bij het UWV,
noch in beroep bij de rechtbank. De rechtbank is van mening dat de
werkgever moest begrijpen dat het deskun-digenoordeel niet een
allesomvattende beoordeling inhield. De zekerheid dat de uitgangspunten
van de bedrijfsarts mede beoordeeld en bevestigd zijn, kon de werkgever
volgens de rechtbank niet aan het deskundigenoordeel ontlenen.
De werkgever laat het er niet bij zitten en stelt hoger beroep in bij de
Centrale Raad van Be-roep. Daar vindt hij wel gehoor voor zijn
klachten. In het tweede deskundigenoordeel heeft het UWV antwoord
gegeven op de vraag of de re-integratie-inspanningen van de werkgever en
werknemer voldoende zijn. Het UWV heeft niet het voorbehoud gemaakt dat
de uitgangs-punten van de bedrijfsarts niet beoordeeld zijn. Toen het
UWV oordeelde dat de re-integratie-inspanningen van de werkgever
voldoende zijn, kon het de werkgever op grond van de vraag-stelling en
het antwoord niet duidelijk zijn dat hij niet mocht uitgaan van het
deskundigenoordeel. Het UWV kon worden gehouden aan het
deskundigenoordeel. Daarom herroept de Centrale Raad van Beroep de
loonsanctie.
Centrale Raad van Beroep 20 juli 2011, www.rechtspraak.nl, ljn: BR2382
Als het om loonsancties gaat, komt het maar zelden voor dat de
Centrale Raad van Beroep het UWV in het ongelijk stelt. Dat de Centrale
Raad van Beroep dat in dit geval toch doet, geeft aan hoe groot het
belang is dat de Centrale Raad van Beroep hecht aan het
deskundigenoordeel van het UWV. Werkgevers doen er dan ook goed om
tijdens de re-integratie een aantal keren een deskundigenoordeel aan het
UWV te vragen.