Verzekeringsplicht minderheidsaandeelhouder

Jaar en kwartaal
2024, 2e kwartaal
Nummer
7
In een langlopende zaak moest het gerechtshof ’s-Hertogenbosch, na een arrest van de Hoge Raad waarbij de zaak naar het gerechtshof was verwezen, oordelen over de verzekeringsplicht van twee minderheidsaandeelhouders die op basis van een managementovereenkomst met hun persoonlijke houdstermaatschappijen werkten voor een werkmaatschappij. 

De Hoge Raad had eerder al een uitspraak gedaan waardoor de kansen op succes voor de belastingdienst gering waren.  Het gerechtshof oordeelt inderdaad dat geen sprake was van verzekeringsplicht. 

Op basis van de tekst van de managementovereenkomst oordeelde het gerechtshof dat er geen sprake was van persoonlijke arbeidsverrichting door de directeuren-minderheidsaandeelhouders ten behoeve van de werkmaatschappij. De management overeenkomst bracht ook met zich mee dat er geen sprake was van loonbetaling door de werkmaatschappij aan de directeuren-minderheidsaandeelhouders en dat er geen gezagsuitoefening was door de werkmaatschappij ten opzichte van de directeuren-minderheidsaandeelhouders.

Verder lezen?

De bovenstaande tekst is een beknopte versie van het artikel. De volledige inhoud van dit artikel is alleen toegankelijk voor deelnemers aan het arbeidsrecht abonnement© met een plus abonnement of top abonnement. U kunt hieronder inloggen om het artikel te lezen.

Via dit formulier kunt u zich aanmelden voor het arbeidsrecht abonnement© of kunt u uw bestaande abonnementsvorm wijzigen.

Indien u deelnemer aan het arbeidsrecht abonnement© bent, kunt u hieronder inloggen om het artikel te lezen.