Uitgebreid: de regeringsplannen tot herziening van het ontslagrecht (inclusief het verdeelde advies van de Stichting van de Arbeid)
Jaar en kwartaal
2007, 3e kwartaal
Nummer
3
Bronnen:
Brief van de Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid aan bestuur Stichting van de Arbeid van 19 juni 2007
(uitnodiging participatietop 27 juni 2007)
Brief van de Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid aan Tweede Kamer van 28 juni 2007 (verslag uitkomst
participatietop)
Brief van de Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid aan bestuur Stichting van de Arbeid van 3 juli 2007
(adviesaanvraag) met als bijlage een notitie van de regering "Hoofdlijnen
heroverweging arbeidsovereenkomstenrecht en ontslagrecht”
Brief van de Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid aan Tweede Kamer van 3 juli 2007 inzake tweede evaluatie Wet
flexibiliteit en zekerheid
Commentaar van de Stichting van de Arbeid op de
adviesaanvraag "Hoofdlijnen heroverweging arbeidsovereenkomstenrecht en
ontslagrecht” van 30 augustus 2007
In de adviesaanvraag aan de Stichting
van de Arbeid geeft de regering aan een nieuw evenwicht te willen vinden tussen:
werkzekerheid (in plaats van baanzekerheid)
inkomenszekerheid
investeren in de toekomst.
Modernisering van het
arbeidsovereenkomstenrecht en ontslagrecht moet daaraan invulling geven. Doelen
daarbij zijn:
gelijke kansen voor een ieder
stimuleren van scholing
regulering en maximering van de
ontslagvergoeding
verkleining van verschillen tussen vaste en
tijdelijke werknemers (meer in het algemeen insiders en outsiders op de
arbeidsmarkt)
Daartoe door de regering in te
zetten middelen zijn:
evenwichtiger regeling voor de beëindiging van
arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd
stimulansen om (ook tijdelijke) werknemers te
scholen
aanpassing van het wettelijk regiem voor het
gebruik van tijdelijke arbeidsovereenkomsten
invoering wederzijdse
scholingsplicht
verplichting van werkgever om werknemer te
scholen
o algemene
scholing
o scholing
gericht op inzetbaarheid ten behoeve van de onderneming
o scholing
gericht op inzetbaarheid buiten de onderneming
verplichting van werknemer om zichzelf te
scholen
algemene verplichting
nadere invulling door partijen bij CAO of
arbeidsovereenkomst
ook voor werknemers met tijdelijk contract
o onderscheid
mogelijk bijvoorbeeld op grond van lengte contract of karakter werkzaamheden
o mits
onderscheid objectief gerechtvaardigd is
stimulans middels wettelijke vergoedingsregeling
beëindiging arbeidsovereenkomst
voor onbepaalde tijd
einde duale ontslagstelselo
o BBA:
ontslagvergunning CWI
o B.W.:
ontbinding door kantonrechter
nieuwe enkelvoudige regeling in B.W.:
o werkgever
kan arbeidsovereenkomst opzeggen wegens:
§
in persoon van de werknemer liggende redenen
§
bedrijfseconomische redenen
§
verstoorde arbeidsrelatie
o zonder
voorafgaande toestemming van derde
o onder
verplichting tot betaling van in de wet geregelde vergoeding
§
bij bedrijfseconomische redenen echter zonder
vergoeding, mits met positief advies CWI
§
ontbinding door rechter mogelijk
§
wettelijke vergoeding
§
verhoogd met bedrag aan loon over opzegtermijn
o aanzegtermijn
vier weken
§
schriftelijk mededelen voornemen tot opzegging
§
reden vermelden
§
hoogte vergoeding vermelden
§
in geval van bezwaar werknemer: horen van
werknemer binnen aanzegtermijn
o vervolgens:
opzegging met opzegtermijn vier weken
o vernietigbaar
zijn (binnen vier weken):
§
kennelijk ongegrond ontslag: opzegging zonder gelegitimeerde
grond (voor iedereen duidelijk)
§
opzegging wegens weigeren van werknemer om in
strijd met wet te handelen
§
opzegging in strijd met discriminatieverbod
o afwijkende
vergoeding:
§
geen vergoeding bij ernstig verwijtbaar gedrag
van werknemer leidend tot ontslag op staande voet
§
dubbele vergoeding (minimaal drie
maandsalarissen) bij vernietigbaar ontslag of ernstig verwijtbaar gedrag van
werkgever
§
matiging door de rechter (alleen wegens niet in
persoon van de werknemer gelegen bedrijfseconomische omstandigheden)
§
hoger beroep mogelijk, maar geen herstel
arbeidsovereenkomst
o nietig
zijn:
§
opzegging zonder toekenning wettelijke
vergoeding
§
opzegging met toekenning te lage vergoeding
Doel: voorkomen juridische
procedures over (hoogte) vergoeding.
N.B.: geen vergoeding bij opzegging
door werknemer.
hoogte wettelijke vergoeding
o 1
maandsalaris per gewogen aantal dienstjaren
§
dienstjaren tot 40 jaar: x 1
§
dienstjaren tussen 40 en 50 jaar: x 1,5
§
dienstjaren vanaf 50 jaar: x 2o maximaal:
§
jaarsalaris
§
€ 75.000 voor werknemers tot 40 jaar
§
€ 100.000 voor werknemers vanaf 40 jaar
o aftrek
scholingskosten tot maximaal 0,25 maandsalaris per dienstjaar
§
ook bij weigeren scholing door werknemer
ontslag om bedrijfseconomische reden
o redenen
die nopen tot vervallen van arbeidsplaatsen
§
vermindering van werkzaamheden
§
noodzakelijke kostenbesparingen
§
technologische veranderingen
§
naar het oordeel van de werkgever noodzakelijke
wijzigingen in de organisatie van de onderneming
o toetsing
CWI
§
niet verplicht
§
toetsing aan zelfde regels als nu
§
positief advies:
geen vergoeding
verzoek van werknemer aan rechter om
arbeidsovereenkomst te herstellen (binnen vier weken)
vergoeding als werknemer in gelijk gesteld wordt
maar herstel onmogelijk is
matiging door de rechter (alleen wegens niet in
persoon van de werknemer gelegen bedrijfseconomische omstandigheden)
geen aanzegtermijn
wel opzegtermijn
o volgens
bestaande regeling (0-5 jaar: 1 maand, 5-10 jaar: 2 maanden, 10-15 jaar: drie
maanden en > 15 jaar: vier maanden)
o zonder
huidige aftrek van een maand wegens proceduretijd CWI
o verkorting
met 0,25 maand per dienstjaar als werkgever 0,25 maandsalaris per dienstjaar
aan scholing heeft besteed
o opzegtermijn
minimaal een maand
§
negatief advies:
wel vergoeding
tenzij rechter toestemming verleent tot
opzegging zonder vergoeding
dubbele vergoeding als arbeidsverhouding
verstoord is en daarom beëindigd moet worden
matiging door de rechter (alleen wegens niet in
persoon van de werknemer gelegen bedrijfseconomische omstandigheden)
pas na een jaar weer nieuw verzoek aan CWI
mogelijk
§
bij uitblijven adviesaanvraag:
ontslagkeuze wel motiveren
mogelijkheid om afspraken te maken met vakbonden
of OR
collectief ontslag
meer dan 20 werknemers
bestaande regeling blijft gehandhaafd
o melding
aan CWI
o verplichte
raadpleging vakbonden
tijdelijke arbeidsovereenkomsten
tweede evaluatie Wet flexibiliteit en zekerheid
o mogelijkheid
tot afwijking bij CAO ondergraaft nuttig effect - inperking
o introductie
vergoedingsregeling bij niet verlengen tijdelijk contract
voldoen aan HvJ EG 4 juli 2006 (Adeneler)
o niet
bij CAO wegcontracteren van wettelijke onderbrekingsperiode van drie maanden
o niet
bij CAO wegcontracteren van maximum aantal contracten
opeenvolging tijdelijke arbeidsovereenkomsten
o vast
contract na 36 maanden of bij vierde contract (zoals nu)
o afwijking
bij CAO ten nadele van werknemer
§
alleen voor wat betreft periode van 36 maanden
§
alsdan minimale contractduur een jaar
§
vast contract bij vierde contract
§
0,75 maandsalaris vergoeding per dienstjaar
vanaf het derde dienstjaar als arbeidsverhouding langer duurt dan 36 maanden en
geen vast contract ontstaat
§
0,25 maandsalaris per dienstjaar vanaf het derde
dienstjaar in mindering wegens scholingskosten
§
niet voor wat betreft minimale
onderbrekingsperiode van 3 maanden
o vergoeding
bij tussentijdse beëindiging tijdelijk contract (als bij beëindiging vast
contract)
Reacties vakbonden en
werkgeversorganisaties (Stichting van de Arbeid)
In hoofdlijnen:
vakbonden
o bezwaar
tegen mogelijkheid van ongetoetst ontslag, mits met vergoeding
o te
gemakkelijk ontslag wegens bedrijfseconomische redenen zonder vergoeding
o bezwaar
tegen maximering ontslagvergoeding
o maximaal
één verlenging tijdelijke arbeidsovereenkomst
werkgevers
o wettelijke
vergoeding half maandsalaris per dienstjaar
o maximale
vergoeding jaarsalaris ook als dit lager is dan € 75.000
o aanzeg-
en opzegtermijn van vier naar twee weken
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2025 controleren!
Op 27 november 2024 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2025. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2025 aan de belastingdienst moet betalen. Voor (middel)grote werkgevers wordt de hoogte van die premie beïnvloed door de bedragen die in 2023 als Ziektewet- respectievelijk WGA-uitkering zijn uitbetaald aan (ex-) werknemers. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 74% bedraagt!
U heeft nog:00days,
00hours, 00minutes en
00seconds
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2025 controleren!
Op 25 november 2024 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2025. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2025 aan de belastingdienst moet betalen. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 74% bedraagt! En deze werkgevers verdienden iedere geïnvesteerde euro gemiddeld 22 maal terug.
Is uw werknemer bijna twee jaar arbeidsongeschikt? Dan komen veel vragen op u af. Wilt u zeker weten dat u de juiste beslissingen neemt? Neem dan tijdig contact met ons op voor een WIA-Poort Scan!
Wilt u daarbij ook concrete adviezen ontvangen waarmee u eventueel zelf gewenste acties kunt nemen? Upgrade dan uw arbeidsrecht abonnement naar een plus- of top abonnement!