Dekking onder aansprakelijkheidsverzekering van aansprakelijkheid van werkgever wegens niet afsluiten van een verzekering ter dekking van de schade als gevolg van een ongeval van de werknemer?
Jaar en kwartaal
2012, 2e kwartaal
Nummer
7
Bronnen:
Hoge Raad 30 maart 2012, www.rechtspraak.nl,
LJN: BV1295
Gerechtshof âs-Gravenhage 16 november 2010,
www.rechtspraak.nl, LJN: BR1573
Hoge Raad 11 november 2011, www.rechtspraak.nl,
LJN: BR2512 en BR5223
Hoge Raad 17 april 2009, www.rechtspraak.nl,
LJN: BH1996
Hoge Raad 12 december 2008, www.rechtspraak.nl,
LJN: BD3129
Hoge Raad 11 april 2008, www.rechtspraak.nl,
LJN: BC9225
Hoge Raad 1 februari 2008, www.rechtspraak.nl,
LJN: BB4767 en BB6175
Hoge Raad 25 mei 2007, www.rechtspraak.nl, LJN:
BA3017
Over de aansprakelijkheid van de
werkgever voor schade die de werknemer bij de uitvoering van zijn werkzaamheden
oploopt, bestaat uitvoerige jurisprudentie.
Deze aansprakelijkheid kan allereerst
gebaseerd worden op de bepaling van artikel 7:658 van het Burgerlijk Wetboek.
Deze bepaling legt op de werkgever een zeer vergaande zorgplicht voor de
veiligheid van de werkomstandigheden van de werknemer en maakt de werkgever
aansprakelijk als de werknemer schade lijdt als gevolg van het feit dat de
werkgever deze zorgplicht heeft geschonden. De werknemer kan er mee volstaan om
te stellen (en bij betwisting te bewijzen) dat hij tijdens de uitvoering van de
werkzaamheden schade heeft opgelopen, waarna het aan de werkgever is om te
bewijzen dat hij aan deze zorgplicht heeft voldaan (hetgeen gelet op de
jurisprudentie niet snel het geval is) dan wel om aan te tonen dat de schade
het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer. Slaagt hij
niet in het bewijs van één van deze twee punten, dan is de werkgever aansprakelijk
voor de door de werknemer geleden schade.
De zorgplicht van de werkgever is
gekoppeld aan de verantwoordelijkheid van de werkgever voor de inrichting van
de werkplek en de bevoegdheid van de werkgever om de werknemers instructies te
geven over de wijze van het verrichten van de werkzaamheden. Als een ongeval
buiten de werkplek plaatsvindt (zoals bij een verkeersongeval of als de
werknemer zijn werkzaamheden verricht op een plaats waarvoor de werkgever niet
verantwoordelijk is), dan gaat de aansprakelijkheid van de werkgever minder
ver. Ook als sprake is van normale dagelijkse risicoâs die zich ook buiten de
werkplek hadden kunnen voordoen, dan gaat de zorgplicht en aansprakelijkheid
van de werkgever minder ver.
Naast de aansprakelijkheid van de werkgever
wegens het niet voldoen aan de zorgplicht voor veilige werkomstandigheden, kan
de werkgever ook aansprakelijk zijn op grond van het niet voldoen aan eisen van
goed werkgeverschap (artikel 7:611 van het Burgerlijk Wetboek). Daarvan kan
bijvoorbeeld sprake zijn bij personeelsuitjes of bij het wijzen op risicoâs die
de werknemer in privé kan ondervinden als gevolg van zijn werk. Inmiddels heeft
de Hoge Raad ook aansprakelijkheid op grond van goed werkgeverschap aangenomen
indien de werkgever verzuimd heeft om het risico van ongevallen bij deelname
aan het verkeer als bestuurder van een motorvoertuig of als fietser (niet als
voetganger) tijdens de uitoefening van de werkzaamheden door de werknemer te verzekeren.
Een algemene aansprakelijkheid voor schade die de werknemer tijdens de
uitoefening van zijn werkzaamheden oploopt, op grond van de eisen van goed
werkgeverschap (artikel 7:611 van het Burgerlijk Wetboek) of de eisen van redelijkheid
en billijkheid (artikel 6:248 van het Burgerlijk Wetboek) heeft de Hoge Raad
afgewezen.
De vraag was nu of de schade die een
werkgever lijdt doordat hij door zijn werknemer wordt aangesproken tot
schadevergoeding wegens het niet verzekeren van schade als gevolg van een
verkeersongeval, is gedekt onder de aansprakelijkheidsverzekering van de
werkgever.
Het ging om een werknemer van een
verzekeringsmaatschappij die een dwarslaesie had opgelopen toen hij in 1999
tijdens zijn werk een eenzijdig auto-ongeval kreeg. De werknemer sprak de
werkgever aanvankelijk aan op zijn zorgplicht wegens onveilige werkomstandigheden,
maar wijzigde later de grondslag van zijn vordering in "strijd met goed
werkgeverschap" wegens het ontbreken van een adequate verzekering voor
ongevallen in het verkeer. In hoger beroep werd die vordering op deze tweede
grondslag toegewezen, waarna de verzekeringsmaatschappij een beroep deed op de
aansprakelijkheidsverzekering die zij zelf had gesloten bij Nationale
Nederlanden. Nationale Nederlanden weigerde vervolgens tot uitkering over te
gaan, stellend dat volgens de polisvoorwaarden alleen personen- en zaakschade
en geen vermogensschade gedekt was.
Het gerechtshof was van mening dat de
schade waarvoor de verzekeringsmaatschappij aansprakelijk was gesteld geen
verzekerde ongevalschade (en dus personenschade) was maar niet verzekerde
vermogensschade. Het ging volgens het hof immers om niet-nakoming door de
werkgever van de verplichting om een behoorlijke verzekering te sluiten.
De Hoge Raad legt echter de nadruk op
de functie van een aansprakelijkheidsverzekering die een ruime dekkingsomvang
rechtvaardigt en wijst er op dat er wel dekking zou zijn geweest als de
aansprakelijkheid voor het ongeval zou zijn gebaseerd op het niet voldoen aan
de zorgplicht voor veilige werkomstandigheden, terwijl het er in beide gevallen
om gaat om de werknemer te beschermen tegen gevaren die hij in de uitoefening
van de dienstbetrekking loopt.
Het arrest van de Hoge Raad zorgt er
voor dat een werkgever (overigens zelf wel een verzekeringsmaatschappij) die
niet wist dat hij aansprakelijk zou zijn als hij geen verzekering voor
ongevallenschade zou sluiten, niet plotseling wordt geconfronteerd met
onverzekerde schade. Het arrest is echter ook bedenkelijk, omdat daardoor de
gevolgen van het verzuim van de werkgever om verzekeringsdekking te verzorgen
voor bepaalde schade (ongevallenverzekering) vallen onder de dekking van een
andere verzekering (de aansprakelijkheidsverzekering)? Welke reden zou een
werkgever daardoor dan nog hebben om een ongevallenverzekering te sluiten? Te
verwachten valt dan ook dat aansprakelijkheidsverzekeraars hun polisvoorwaarden
zo zullen aanpassen dat aansprakelijkheid voor schade door het niet sluiten van
een ongevallenverzekering niet meer onder de dekking van de
aansprakelijkheidsverzekering kan vallen.
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2025 controleren!
Op 27 november 2024 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2025. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2025 aan de belastingdienst moet betalen. Voor (middel)grote werkgevers wordt de hoogte van die premie beïnvloed door de bedragen die in 2023 als Ziektewet- respectievelijk WGA-uitkering zijn uitbetaald aan (ex-) werknemers. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 74% bedraagt!
U heeft nog:00days,
00hours, 00minutes en
00seconds
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2025 controleren!
Op 25 november 2024 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2025. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2025 aan de belastingdienst moet betalen. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 74% bedraagt! En deze werkgevers verdienden iedere geïnvesteerde euro gemiddeld 22 maal terug.
Is uw werknemer bijna twee jaar arbeidsongeschikt? Dan komen veel vragen op u af. Wilt u zeker weten dat u de juiste beslissingen neemt? Neem dan tijdig contact met ons op voor een WIA-Poort Scan!
Wilt u daarbij ook concrete adviezen ontvangen waarmee u eventueel zelf gewenste acties kunt nemen? Upgrade dan uw arbeidsrecht abonnement naar een plus- of top abonnement!