In artikel 8a van de Wet allocatie arbeidskrachten door
intermediairs (Waadi) wordt voor de payrollwerknemer een recht opgenomen op
dezelfde arbeidsvoorwaarden als die welke gelden voor werknemers in gelijke of
gelijkwaardige functies (artikel 8a lid 1 Waadi) of als die er in het
betreffende bedrijf niet zijn voor werknemers in gelijke of gelijkwaardige
functies in dezelfde sector (artikel 8a lid 2 Waadi).
Voor wat betreft de pensioenregeling geldt daarbij dat die
niet gelijk hoeft te zijn aan die van andere werknemers in het bedrijf of in
dezelfde branche maar dat een adequate pensioenregeling geldt (artikel 8 lid 4
Waadi). Er is in elk geval sprake van een adequate pensioenregeling als
dezelfde basispensioenregeling wordt aangeboden als die welke geldt voor
werknemers werkzaam in gelijke of gelijkwaardige functies in het bedrijf van de
inlener of in dezelfde sector (artikel 8 lid 5 Waadi). Er is verder sprake van
een adequate pensioenregeling als voldaan wordt aan voorwaarden ten aanzien van
(in elk geval) de wachttijd of drempelperiode, de hoogte van de
werkgeversbijdrage en de soorten pensioen, zoals die zullen worden geregeld in
een algemene maatregel van bestuur.
De verplichting dat een adequate pensioenregeling dient te
gelden, is ook van toepassing bij intraconcern detachering (artikel 8 lid 6 Waadi).
De verplichting dat een adequate pensioenregeling dient te
gelden, treedt pas in werking per 1 januari 2021 (Besluit van 11 juli 2019 tot
vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet arbeidsmarkt in
balans, Staatsblad 2019, 266).
Bij brief van 6 juni 2019 heeft de Minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid een concept van een besluit tot wijziging van het
Besluit allocatie arbeidskrachten door intermediairs aan de Tweede Kamer
gezonden.
In dat concept-Besluit wordt geregeld dat de voor de
payrollwerknemers te treffen pensioenregeling (artikel 1:1a Besluit
arbeidskrachten door intermediairs):
tenminste dient te voorzien in een
ouderdomspensioen en een nabestaandenpensioen;
geen wachttijd of drempelperiode mag bevatten;
voorziet in een totale werkgeverspremie die
tenminste gelijk is aan de gemiddelde werkgeverspremie die wordt afgedragen
voor Nederlandse basispensioenregelingen (vooralsnog 13,7%).
De werkgeverspremie wordt daarbij
berekend over een pensioengrondslag bestaande uit het maximale pensioengevende
loon voor de loonbelasting verminderd met een AOW-franchise van 100/75 maal de
AOW-uitkering voor gehuwden.
Indien door het voldoen aan deze
voorwaarden meer werkgeverspremie zou moeten worden betaald dan fiscaal is
toegelaten behoeft het meerdere niet als pensioenpremie te worden betaald, maar
moet dit jaarlijks als bruto loon worden uitbetaald aan de werknemers voor wie
de pensioenregeling geldt, waarbij dat loon naar evenredigheid over die
werknemers wordt verdeeld (artikel 1:1a lid 5 Besluit allocatie arbeidskrachten
door intermediairs).
Realiseer grote besparingen en laat ons uw premiebesluit 2025 controleren!
Op 27 november 2024 stuurde de belastingdienst aan werkgevers de beschikking gedifferentieerde premie Werkhervattingskas 2025. In dit besluit is vermeld hoe hoog de premie is die de werkgever in 2025 aan de belastingdienst moet betalen. Voor (middel)grote werkgevers wordt de hoogte van die premie beïnvloed door de bedragen die in 2023 als Ziektewet- respectievelijk WGA-uitkering zijn uitbetaald aan (ex-) werknemers. Uit de controles van premiebesluiten en daaraan ten grondslag liggende uitkeringsbesluiten die wij in het verleden uitvoerden blijkt dat de kans dat de premie te hoog is vastgesteld maar liefst 74% bedraagt!
U heeft nog:00days,
00hours, 00minutes en
00seconds
Is uw werknemer bijna twee jaar arbeidsongeschikt? Dan komen veel vragen op u af. Wilt u zeker weten dat u de juiste beslissingen neemt? Neem dan tijdig contact met ons op voor een WIA-Poort Scan!
Wilt u daarbij ook concrete adviezen ontvangen waarmee u eventueel zelf gewenste acties kunt nemen? Upgrade dan uw arbeidsrecht abonnement naar een plus- of top abonnement!