Voor aansprakelijkheid van een bestuurder van een
vennootschap voor een tekortkoming of onrechtmatig handelen van die
vennootschap is vereist dat de bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt kan worden
gemaakt. Die eis geldt echter niet als de bestuurder niet naast de vennootschap
wordt aangesproken, maar op grond van een verplichting die op hem persoonlijk
rustte.
Wat was er aan de
hand?
B.V. A richt zich op het bemiddelen tussen verkopers en kopers
van onroerend goed gelegen aan de Costa Blanca in Spanje. In februari 2004
hebben de heer en mevrouw X de "Second home beurs” in Houten bezocht, alwaar
zij in contact zijn gekomen met B.V. A die daar met een stand aanwezig was en
informatie verstrekte over woningbouwprojecten in Spanje, waaronder het project
"Villa Mundo” in de gemeente Elche aan de Costa Blanca. Het project was een
bouwproject van de firma Y. Medio 2004 hebben de heer en mevrouw X met Y
overeenstemming bereikt over de te betalen koopprijs voor een nog te bouwen
huis in het project. Daarbij hebben de heer en mevrouw X aanbetalingen op de
koopsom gedaan. Op enig moment daarna hebben de heer en mevrouw X van Y
vernomen dat met de bouw van de gekochte woning niet kon worden begonnen vanwege
protest van omwonenden. De koopovereenkomst is toen ontbonden. Y heeft de heer
en mevrouw X vervolgens het voorstel gedaan om naar Spanje te komen om een
alternatieve locatie/woning uit te zoeken. Eind november 2004 zijn de heer en
mevrouw X naar Spanje gereisd. Zij zijn door de bestuurder van B.V. A bij de
luchthaven opgehaald en de bestuurder van B.V. A heeft hen onderdak in een
hotel geboden. Op 30 november 2004 hebben de heer en mevrouw X samen met de
bestuurder van B.V. A een half afgebouwde villa bezichtigd, die eveneens
behoorde tot het project van Y. Tijdens de bezichtiging heeft de bestuurder van
B.V. A de heer en mevrouw X medegedeeld dat het huis een goede investering is,
dit terwijl op 22 november 2004 aan de bestuurder van B.V. A in een gesprek met
bewoners van een reeds door Y gebouwde villa was verteld, dat sprake zou zijn
van problemen met betrekking tot de bouwvergunningen voor het project en dat
het gerucht ging dat de gemeente Elche een afbraakplicht voor illegaal gebouwde
villa’s had afgekondigd. De heer en mevrouw X hebben daarop het huis gekocht en
een aanbetaling gedaan.
Eind januari 2005 vernemen de heer en mevrouw X dan
echter dat de door hen gekochte villa is afgebroken omdat op het desbetreffende
stuk grond niet mag worden gebouwd en dat daarvoor derhalve geen bouwvergunning
is afgegeven.De heer en mevrouw X vorderen in rechte de veroordeling van zowel
B.V. A als de bestuurder van B.V. A tot betaling van schadevergoeding. Zij leggen
aan die vordering onder meer ten grondslag dat B.V. A en de bestuurder van B.V.
A onrechtmatig jegens hen hebben gehandeld door hen niet op de hoogte te
stellen van het feit dat de villa’s illegaal gebouwd waren en dat er een risico
bestond op sloop.
Wat was het oordeel
van de Hoge Raad?
Voor de beoordeling van de aansprakelijkheid van bestuurders
van vennootschappen geldt op grond van een arrest van de Hoge Raad uit 2006
hetzelfde als voor de beoordeling van bestuurdersaansprakelijkheid bij de
tekortkoming of onrechtmatig handelen van de vennootschap: de bestuurder is slechts
naast de vennootschap persoonlijk aansprakelijk, indien hem ter zake van het
onrechtmatig handelen van de vennootschap persoonlijk een ernstig verwijt kan
worden gemaakt op de grond dat hij dat handelen in verband met de kenbare belangen
van de benadeelde had behoren te voorkomen. De bestuurder van B.V. A werd door de heer en mevrouw X
echter niet (alleen) aansprakelijk gehouden voor een tekortkoming of
onrechtmatig handelen van de vennootschap, maar voor het in strijd handelen met
een op hem persoonlijk rustende zorgvuldigheidsverplichting jegens de heer en
mevrouw X. Voor een dergelijke aansprakelijkheid van een bestuurder -die aldus
niet een tekortschietende of onbehoorlijke taakuitoefening als bestuurder
betreft, maar berust op een daarvan los staande zorgvuldigheidsnorm- gelden volgens
de Hoge Raad de gewone regels van de onrechtmatige daad. Er is dan niet vereist
dat de bestuurder een ernstig verwijt van zijn handelen kan worden gemaakt. Dat
de gedragingen van de bestuurder in het maatschappelijk verkeer (tevens) als de
gedragingen van de vennootschap kunnen worden aangemerkt, zodat ook de
vennootschap uit eigen hoofde op grond van onrechtmatige daad aansprakelijk
gehouden kan worden, maakt dat volgens de Hoge Raad niet anders.
De bestuurder van B.V. A werd verweten dat hij zich de
belangen van de heer en mevrouw X niet had aangetrokken door zich niet goed op
de hoogte te stellen van de (on)mogelijkheden tot het realiseren van de
woningbouw door Y ter plaatse en het al dan niet kunnen verkrijgen van een
bouwvergunning en dat hij de heer en mevrouw X niet juist en volledig had
geïnformeerd c.q. gewaarschuwd. Daarmee handelde de bestuurder van B.V. A
volgens de Hoge Raad in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het
maatschappelijk verkeer betaamt, hetgeen volgens de wet als een onrechtmatige
daad wordt aangemerkt. De bestuurder van B.V. A werd op grond daarvan
veroordeeld tot vergoeding van de door de heer en mevrouw X geleden
schade.
Hoge Raad, 23 november
2012, www.rechtspraak.nl, LJN: BX5881
Op grond van de tot nu
toe geldende jurisprudentie kon er eerst sprake zijn van
bestuurdersaansprakelijkheid indien de bestuurder persoonlijk een ernstig
verwijt kon worden gemaakt dat door zijn tekortschieten of onbehoorlijke taakuitoefening
de vennootschap onrechtmatig heeft gehandeld. In het onderhavige arrest neemt
de Hoge Raad echter ook bestuurdersaansprakelijkheid ten opzichte van een derde
aan, zonder dat sprake is van een persoonlijk ernstig verwijt, namelijk in het
geval dat de bestuurder in strijd heeft gehandeld met een op hem persoonlijk
rustende zorgvuldigheidsverplichting. In dat geval hoeft niet aan de verzwaarde
maatstaf van een persoonlijk ernstig verwijt te worden voldaan, maar ‘slechts’
aan de algemene vereisten van een onrechtmatige daad. Via deze weg wordt de
mogelijkheid om een bestuurder persoonlijk aansprakelijk te stellen aanzienlijk
verruimd. Het is dan wel zaak om aan de vordering een tekortkoming dan wel
onrechtmatig handelen van de bestuurder zelf, ten grondslag te leggen en niet
de bestuurder aan te spreken voor een tekortkoming of onrechtmatig handelen van
de vennootschap, in welk geval nog wel steeds de zwaardere maatstaf, te weten
een persoonlijk ernstig verwijt, geldt.